De 13 min 1 allerbeste tips ooit voor een zomervakantie op Sardinië
Sardinië is voor mijn gevoel een beetje ondergeschoven kindje in het Mediterrane/Zuid-Europese eilandenspectrum. Niemand neemt je nog serieus als je naar Ibiza gaat, een Griekse eilandhoptour is zó 2000 en de Canarische eilanden of Madeira zijn weliswaar hele mooie bestemmingen, maar ook stiekem best ver weg of een uitdaging qua vliegreis. Ik was dan ook enigszins verrast toen bleek dat er naast Sicilië nog een ander Italiaans eiland was waar je heen moet willen. En dat je hier heen wilt, dat ga ik je met de komende 13 min 1 tips (je ziet vanzelf waar die min 1 vandaan komt) eens mooi onder je neus wrijven!
Voor de handig heb ik de tips even ingedeeld op windstreek. Voor de wijsneuzen; oost en west vallen onder midden. Als je een landkaart van ’t eiland erbij pakt, zie je wat ik bedoel.
-
- Het noorden: stranden, eeuwenoude dorpjes en witte ezeltjes!
- Het midden: bijzondere bergdorpen, romantische baaien en een Tourist Trap Alert!
- Het zuiden: Cagliari met zijn stedelijke flair, flamingo’s en het Sardijnse Ruhrgebied.

Eén van de vele baaitjes aan de oostkust van Sardinië. Let op: níet alleen maar mooi, daarover later meer.
Het noorden
1. Verborgen stranden van het noorden (en vergeet de Costa Smeralda)
De meeste mensen die naar Sardinïe gaan, trekken naar de noordoostelijke Costa Smeralda, de niet voor niets zo hetende smaragdkust. Dit is een beetje de Côte d’Azur van het eiland, maar dan ook met een hint Caraïben. Hier vind je de eilanden La Maddalena, het roze strand van de Spiaggia Rosa, het havenstadje Palau en andere toeristentrekkers. Ik zal niet zeggen dat je hier níet heen moet of dat dit níet mooi is, maar ik denk dat er langs de noordkust simpelweg mooiere en minder drukke plekken zijn. Mijn beste tip is de Spiaggia di Cala li Cossi. Deze prachtige baai ligt verborgen in het landschap in de buurt van het Center Parcs-achtige dorp Costa Paradiso en is alleen te bereiken via een wandeling van ongeveer 10-15 minuten over een rotspad. Maar dan heb je ook echt wat. Er is een kleine kiosk aanwezig die je woekerprijzen laat betalen voor een ijsje, maar kleine dingen houd je toch. Echt een magische plek, zeker als je ook nog wacht tot het einde van de middag, de mensen langzaamaan weggaan en je daar zo goed als alleen de zon in de Middellandse Zee ziet zakken.
- Het pad naar het Spiaggia di Cala li Cossi
- En het Spiaggia di Cala li Cossi zelf. Hét mooiste strand van Sardinië
- En blijf vooral tot zonsondergang…
- ..het is echt een geweldig uitzicht.
2. Het bijzondere middeleeuwse bergdorp Castelsardo
Een geweldige uitvalsbasis voor de noordkant van het eiland is Castelsardo. Dit dorpje ligt als een servet gedrapeerd op een eeuwenoude heuveltop, met helemaal bovenop een net íets minder oude burcht. En kathedraal. En een schijnbaar oneindig labyrinth van knusse steegjes en idyllische straatjes. Tuurlijk, een plek als deze is niet immuun voor massatoeristisch gebral, maar omdat het een redelijk klein dorp is (en dus ook de hoeveelheid accommodaties beperkt is), voelde het hier nooit als Amsterdam op een doordeweekse woensdag. Heerlijk om rond te struinen op zoek naar een restaurantje, cocktail mét uitzicht of simpelweg weg te dromen in een andere tijd.
- Castelsardo: middeleeuwse glorie op een oude Sardijnse bergtop.
- De kathedraal van Castelsardo
- Urenlang slenteren door de nauwe straatjes van de citadel.
- Castelsardo by night.
3. De witte ezeltjes van Asinara (en een cruise over de Europese Caraïben)
Aan de noordwestkust van Sardinië ligt het eiland Asinara. Tot zover niks bijzonders. Op dit eiland woont echter een kolonie albino-ezeltjes! En nog een hoop ‘normale’ ezels overigens. Deze hebben het terrein van een voormalige gevangenis (het Alcatraz van Italië, waar de minst wenselijke figuren van het land naartoe gestuurd werden) overgenomen, zodat je een hele bijzondere combi van Urbex en kinderboerderij krijgt. Hier kun je alleen maar komen per boot. De boottochten die worden aangeboden, een beetje selecteren is hier wel handig, zijn vaak inclusief Sardijns eten en vrolijke mensen. Wij boekten deze zeiltocht en zaten met 3 andere stellen en een trots en praatgraag Sardijns kapiteinsstel 6 uur lang te dobberen en duiken langs de parelwitte stranden en azuurblauwe baaien.
- Het uiterste noorden van Sardinië is bevolkt door witte ezeltjes!
- Het ezel- en voormalige gevangeniseiland Asinara
- Ook een geweldige plek voor een beetje Urbex.
- Per zeilboot, met eten en drinken, op weg over de Europese Caraïben.
4. Als je tegen veel mensen en irritante Fransozen kunt: de Grotten van Neptunus
Maar verder best wel een indrukwekkende plek dat Grotta di Nettuno. Je daalt af langs een duizelingwekkend stukje trap, terwijl een paar honderd meter beneden je de Middellandse Zee met alle macht tegen de rotskust van het eiland aanbeukt. Deze wandeling (duurt ongeveer een kwartier-twintig minuten, afhankelijk van hoe irritant de Fransozen zijn) brengt je bij een grottenstelsel vol stalagmieten à -tieten. Op zich vet, als je daarvan houdt. En de Fransozen met hun vettige stokbroodvingertjes van miljoenen jaren aan natuurlijke processen af willen blijven. Maar die wandeling is écht vet!
- De trap langs de steile kliffen van het westen van Sardinië.
- Als je niet wordt opgehouden door egomane selfiegekkies.
- Langs dit pad, uitgehouwen in de rots, loop je richting de Grotte di Netunno.
- En de Grotti di Nettuno zelf, de grootste op Sardinië. Het is overigens meer een grottenstelsel, maar dat past niet op de foto.
5. Rijden over de mooiste en indrukwekkendste wegen
Vooral het noorden en het oosten hebben een aantal geweldige routes voor een stukje roadtrip naar de mensen toe. Prachtige bergachtige kustwegen met achter iedere bocht een ander uitzicht. Sardinië is een uitgelezen plek om een auto gehuurd te hebben, dus zet die vooral in je winkelwagentje als je gaat boeken. Mijn favorieten? De SP49 van Bosa naar Alghero, grote gedeelten van de SP90 langs Costa Paradiso en richting de Costa Smeralda en de SP125 richting Baunei (en de afslag richting Pedra Longa ook even meepakken),
- De weg naar Pedra Longa, waar het land bijna loodrecht in de zee dondert.
- Het is mooi rijden op Sardinië.
- Niet vergeten om zo nu en dan even stil te staan en te genieten van het indrukwekkende landschap van Sardinië.
- En onderweg kom je dan dit soort pareltjes tegen.
Het midden
6. Top overnachttip: een geweldige bed and wine, inclusief heerlijk diner
Ook nog even een helemaal gratis tip voor een geweldige plek om te overnachten. Niet dat de rest van deze tips wél geld kosten, overigens. Maar je begrijpt wat ik bedoel. Deze B&B (of eigenlijk Bed and Wine, wat het concept überhaupt lekker samenvat) genaamd Anima Sarda wordt uitgebaat door twee ontzettend vriendelijke Nederlanders die hun heil full Ik Vertrek maar dan goed, zochten op dit Italiaanse eiland. Je hebt een geweldig uitzicht vanuit hun wijngaard over de Sardijnse westkust en kunt jezelf laten verwennen tijdens een heerlijk privédiner in unieke setting met bijpassende lokale wijnen. Thank me later.
7. Romantisch dineren in het pittoreske en kleurrijke Bosa
Bosa is een ander dorpje dat in een ander tijdsgewricht is blijven hangen. Kleurrijke straatjes en steegjes, waar de geur van de Italiaanse keuken je om iedere hoek in je gezicht veegt en omaatjes buiten op stoelen zitten te wachten onder de was en/of klimop. Doet bij vlagen Cubaans aan en is vooral rond schemering/etenstijd echt een hele bijzondere plek. Heeft ook nog een hele mooie promenade langs de rivier, voor als flaneren jouw levenshouding is. Mooie uitvalsbasis voor de westkant van Sardinië. Wat mij betreft ook een veel betere keuze dan de grotere steden Alghero (hele lelijke toeristenpromenade inclusief reuzenrad en allertreurigste paardenkoetsen) en Oristano (geen zak te doen).
- Het labyrintische dorpje Bosa.
- Typische Sardijnse taferelen.
- Inclusief flaneerbare rivierpromenade.
- Dito.
7. Bezoek bergdorpen als Baunei en Lanusei
De oostkant van Sardinië is erg bergachtig, wat het een geweldige plek maakt als je van weidse uitzichten en bochtige weggetjes houdt. En dat doe ik. En dat raad ik je daarom dan ook graag aan. De mooiste zijn wat mij betreft Baunei en Lanusei, maar daar zal vast over te discussiëren zijn. Lanusei is uitgerust met een Harry Potter-achtige treinbrugbocht (je weet precies wat ik bedoel) en is gewoon een geweldige plek om door rond te lopen. Het is nog van een danige omvang dat je er een paar uur kunt winkelen, mocht je je reisgenoten bezig willen houden terwijl jij van de adembenemende uitzichten geniet. Baunei ligt ook op zo’n manier tegen een bergwand aan geplakt dat je je afvraagt waarom het er niet allang een keer vanaf gedonderd is. Onderweg omhoog loop je een redelijke kans om vast komen te zitten in een kudde berggeiten en aan de andere kant van deze bergkam heb je geweldige uitzichten over de Cala Gonone en de baai van Pedra Longa.
- Het tegen de bergwand geplakte Baunei.
- Met geweldig uitzicht op de binnenlanden van Sardinië.
- Lanusei, met zijn Harry Potter-treinbrugbocht (zie je wel dat je begreep wat ik bedoelde).
- Het typische straatbeeld van een dorp op Sardinië.
Min 1. ABSOLUUT NIET DOEN: een boottocht langs Cala Gonone naar de Cala Luna
Dit is het soort van massatoerismewaanzin waar we bij de Reismannen graag tegen van leer trekken. Tegelijkertijd is deze boottocht wel een ode aan het doorzettings- en incasseringsvermogen van de moderne mens. Geef hem of haar de belofte van een ultiem grammable locatie aan het einde van de rit en plots is alles mogelijk. Als slachtvee een boot op gejaagd worden: check. Als dezelfde makke lammetjes weer een veel te klein strand op geveegd worden: vink. Acht (!) uur lang moedeloos van de ene naar de andere totaal verkrachte plek versjouwd worden: done. Waarom we dit deden? Uiteraard omdat we alles over hebben voor het onderzoek en onze lezers, maar vooral omdat we op een of andere manier een kleine privéboot dachten te huren, maar toch op een toeristenferry terecht kwamen. Alvast een toptip als je dit tóch, tegen alle logica en waarschuwingen in wilt doen: check heel goed wat je aan het huren bent. Reviews op bijvoorbeeld GetYourGuide gaan vaak over de organisatie en níet de activiteit. Dat kunnen twee hele verschillende dingen zijn, kwamen wij op pijnlijke wijze achter.
Maar zelfs met een relaxtere boot is Cala Gonone nog steeds een keiharde afrader. Je komt namelijk onherroepelijk in een hop-on hop-off situatie terecht, waarbij er maar een beperkt aantal stranden zijn en de kapiteins alleen op bepaalde, vooraf vastgelegde, momenten hun ladingen mogen lossen. In principe niet anders dus dan die lelijke toeristenbussen in Amsterdam of Rome en net zo druk. Zo kon het dus zijn dat we al hutjemutje op een veel te klein strand lagen en er nog eens twee ferry’s op ditzelfde strand werden leeggebulkt. Totale waanzin. Het is overigens niet dat het niet mooi is, maar het is gewoon in- en intrieste toeristenrommel geworden. En binnen deze totale walgelijkheid pakte de veelgeprezen Cala Luna de absolute hoofdprijs van naargeestige treurigheid. Op Instagram zie je mooie plaatjes van serene rust en een geweldig natuurlijk fenomeen, maar eenmaal aangekomen blijft er weinig over van de pittoreske eenzaamheid. Het is gewoon een mierenhoop van zonaanbidders en mensen die clichématige Instagramfoto’s aan het maken zijn. Deze hele excercitie is echt zonde van je tijd op zo’n prachtige plek als Sardinië.
- Op zich ziet ’t er niet lelijk uit, die oostkust van Sardinië.
- Maar dit is gewoon ontzettend lelijk toerisme.
- Dit is de Cala Luna. Vergelijk het maar eens met de foto’s op je instagram.
- Boten varen af en aan. Cala Gonone is echt een tourist trap.
8. De beste plekken om op zoek naar de Nuraghi te zoeken
De Nuraghi zijn de originele bewoners van Sardinië, uit tijden toen de Euro’s nog van brons waren. De clans van dit volk heersten over het eiland ergens tussen de 18e en 3e eeuw voor onze jaartelling en eindigde, grofweg, bij de komst van de Romeinen. Extra bijzonder is het dus dat er zoveel van dit volk bewaard is gebleven. Door het hele eiland vind je namelijk schijnbaar lukraak bij elkaar geraapte hopen steen, in meer of mindere mate gelijkend op torens. In totaal zijn er 6500 hiervan, dus je gaat ze sowieso tegenkomen onderweg. Deze Nuraghe zijn eeuwenoude wachttorens die door dit volk gebruikt werden om hun land te verdedigen. Maar er zijn nog andere plekken, nog indrukwekkender, die je kunt bezoeken:
- De burcht Su Nuraxi di Barumini: dit zijn overblijfselen van een dorp dat om een grote burcht heen gebouwd is. Dermate indrukwekkend dat het op de Unesco Werelderfgoedlijst staat. Eén van de weinig plekken in Sardinië waar je in de rij moet staan voor een kaartje overigens, daar je hier alleen maar met gids naar binnen mag. Er is maar een beperkt aantal Engelstalige gidsen, dus het kan zijn dat je nog langer moet wachten. Top tip: koop een kaartje voor de Italiaanse tour en sluip vervolgens mee met de Engelstalige. Die vertrekken namelijk vaak tegelijkertijd.
- Het Parco Archeologico Naturalistico di Santa Christina. Een heilige watertempel, uitgehakt in de grond en met akelig rechte trappen en lijnen voor bronstijdmensen. In de buurt vind je ook nog een grote Nuraghe waar je naar binnen kunt, grafmonumenten en een 19e eeuws arbeidersdorp.
- Door het land verspreid vind je ook verschillende Tomba dei Giganti, zoals deze in de buurt van Baunei: grafmonumenten bestaande uit een soort van menhirs.
- In Cagliari is een heel museum gewijd aan deze vroege Sardijnen. Vooral de collectie bronzen beelden is indrukwekkend qua vakmanschap en symboliek.
- De wonderbaarlijk geometrische watertempel in het Parco Archeologico Naturalistico di Santa Cristina
- Een Nuraghe, een eeuwenoude wachttoren die je overal in Sardinië vindt.
- Su Nuraxi di Barumini: een dorp van de originele Sardijnen uit de bronstijd.
- Een Tombe dei Giganti, of reuzengraf, in de buurt van Baunei.
10. Vette streetart in Orgosolo (en in ieder mogelijk dorp, overigens)
Streetart heeft in Sardinië een hele centrale rol in de lokale cultuur opgeëist in de laatste twee eeuwen. In bijna ieder dorpje vind je wel een mural van bijzondere kwaliteit die het plattelandsleven weergeeft of het verhaal van een lokaal held of legende vertelt. Het dorp Orgosolo spant echter de kroon. Hier hangen werken die doen denken aan Picasso, maar ook meer realistischere afbeeldingen van boeren of legendes en politieke statements van door de jaren heen. Je ziet aanklachten tegen fascisme, communisme, kapitalisme tot herinneringen aan 9-11. Voor iedere liefhebber van streetart is dit een walhalla.
- Streetart in Orgosolo, de mural-capital van Sardinië.
- Streetart in alle soorten en maten.
- Kunst imiteert leven
- Dit is de mooiste die ik onderweg tegenkwam. Deze hangt niet in Orgosolo (en waar wel ben ik helaas vergeten).
11. De baaien van Oost-Sardinië
Niet té hard zeggen, maar deze kant van het eiland vond ik veel mooier en indrukwekkender dan ‘het Saint Tropez van Sardinië’ wat de Costa Smeralda zou moeten zijn. Indrukwekkende rotspartijen die loodrecht de zee in storten en rustige baaien, omringd door bergketens en met zo goed als lege stranden. Cala Gonone zou ik ook laten voor wat het is (zie mijn rant onder 8-1), net als Santa Maria Navarrese (lelijk toeristendorp). Mijn geheimtip is de baai van Marosini/Foxi Manna (geen idee of ’t zo heet, maar beide soort van dorpjes liggen in deze bergkom aan zee). Deze AirBnb is een beetje basic, maar een geweldige uitvalsbasis (inclusief huisgekko’s).
- De baai van Marosini/Foxi Manna aan de oostkust van Sardinië.
- De eenzame wegen door de bergen op weg naar Marosini.
- Omringd door bergen.
- Rust, natuur, bergen en strand in het oosten van Sardinië.
Het zuiden
12. Het Industrial heritage van Zuidwest-Sardinië
Het zuidwesten van Sardinië heeft altijd bekend gestaan om zijn mijnbouw. Hier kwamen ook de grondstoffen vandaan waar de Nuraghe hun rijk eeuwenlang mee konden onderhouden. Mussolini wilde deze mijngrandeur herstellen en investeerde fors in de infrastructuur in dit gebied. Hele dorpen (het niet voor niets zo hetende Carbonia) verrezen, fabrieken werden uit de grond gestampt en de werkgelegenheid nam toe. Na de val van Mussolini bleek ook de Sardijnse mijnindustrie een fascistische illusie te zijn en donderstraalde de hele industrie wederom in elkaar. Wat er nu van over is gebleven is een indrukwekkend Industrial Heritage-site waar het Ruhrgebied zijn petje voor kan afnemen. Fans van Urbex en de desolaatheid van leegstaande fabriekshallen kunnen hier hun hart ophalen. Hoogtepunt? De Laveria Lamarmora. Een oude wasserij op een steile berghelling die uitkomt op de Middellandse zee. Fucking magie in een potje.
- De Laveria Lamarmora; een verlaten zilverwasserij aan het einde van Sardinië en dan linksaf.
- Een mooie plek om even uit te puffen.
- Het Ruhrgebied van Sardinië.
- Totaal overwoekerde huizen liggen verspreid door het landschap van Zuidwest-Sardinië.
Extra tip voor de Laveria Lamarmora: als je bijvoorbeeld in Cagliari zit en geen auto meer tot je beschikking hebt, pak dan de trein naar Iglesias en rijd vandaar met de fiets naar de site toe. Google zegt dat het ‘middelmatige heuvels’ zijn, maar da’s nogal een understatement. Je bent zo’n anderhalf uur aan het fietsen door de resten van de Sardijnse mijnindustrie, komt langs verlaten dorpen én pakt een paar unieke uitzichten mee. Wij hadden absolute baggerfietsen en een ehh beperkte conditie en we haalden dit. Dus laat je daar niet door tegenhouden!
- Met een gammele stadsfiets over de ‘middelmatige heuvels’ van Sardinië.
- Unieke uitzicht over industrial heritage en de bijbehorende spookdorpen van Zuidwest-Sardinië.
13. Cagliari: flamingo’s en grootstadse flair
Cagliari is de hoofdstad van Sardinië en ook de enige stad van formaat op het eiland. Dat wil zeggen: er wonen 165.000 mensen. Even voor het gevoel. Dit is dan ook dé plek voor een beetje grootstedelijk vermaak zoals winkelen. Cagliari heeft hier en daar wel een paar tourist traps, de belangrijkste is de Corso Vittorio Emmanuele II. Aan het begin van deze straat (aan de kant van de Piazza Yenne) zit nog een aantal hele aardige restaurantjes, maar verderop in de straat moet je de opdringerige obers van je lijf houden. Is ook helemaal niet nodig om daar heen te gaan voor je diner, want Cagliari heeft vele vrolijke en typische pleintjes en straatjes waar het heerlijk toeven is. De beste plekken waren wat ons betreft het pleintje op de de Via Santo Domenico (als je via het Piazza San Giacomo loopt, kom je onderweg ook al genoeg leuke plekken tegen) en de omgeving van het Piazza S. Sepolcro.
- Het begin van de Corso Vittorio Emmanuele II in Cagliari, waar het nog gezellig is.
- Het Bastion van San Rémy, één van de bekendste punten van de hoofdstad van Sardinië.
- De Kathedraal van Cagliari is ook echt een bezoekje waard.
- De smalle straten in het oude centrum van Cagliari.
Maar je zag ‘flamingo’s’ in de titel staan en daar heb ik ’t nog niet over gehad. Want in Cagliari woont dus een heuse kolonie van deze roze vogels! Hun spreekwoordelijke huis staat in het Parco naturale Molentargius-Saline; semi-drooggevallen zoutpannen die zijn omgeturnd tot natuurgebied met heel veel watervogels. Het beste gebruik je een fiets om dit nogal uitgestrekte gebied te bezoeken, maar een wandeltocht kan natuurlijk ook. Let wel: weinig schaduw en dus best heet in de zomer.
Cagliari ligt overigens aan zee, dus het past ook ontzettend goed in het rijtje ‘Stad met Strand‘. Je beste keuze is het kilometerslange Spiaggia del Poetto. Als je geluk hebt, komen Ferry en z’n maatjes ook nog even overgevlogen.
- De flamingo’s van Sardinië huizen in Cagliari.
- En je komt zo overal boven de stad tegen.

Hugo Braun



























































Martijn Smeenge
Hugo Braun
Martijn Smeenge
Martijn Smeenge
Hugo Braun
Martijn Smeenge
Hugo Braun
Hugo Braun
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!