Troyes: Middeleeuwse luister in de Champagnestreek
Ik had me er nooit iets bij voorgesteld, bij deze stad die te dichtbij is om naartoe te gaan en te klein om te blijven. Troyes was de naam van een afslag waar ik in de auto met mijn ouders vroeger met honderdtwintig kilometer per uur voorbij raasde op de terugweg van Zuid-Frankrijk naar huis en waar we nooit van de weg gingen omdat we er al bijna waren (Ilya Leonard Pfeiffer – De filosofie van de heuvel)
Ook al is het nooit erg handig om een stuk tekst te beginnen met de woorden van iemand anders, toch vat deze quote het algemene sentiment rond Troyes (en de rest van Noord-Frankrijk wat dat betreft) aardig samen. Je rijdt er vooral doorheen op weg naar warmer oorden. Of staat er stil tijdens Zwarte Zaterdag, al naar gelang je idee van wat leuk is in het leven. Maar Troyes en de Champagnestreek hebben stiekem heel wat te bieden en dat gaan Ilya Leonard Pfeiffer en ik je eens mooi uit de doeken doen!
Het hoe en waarom van een vakantie naar Troyes
Troyes ligt grofweg halverwege tussen Parijs en Straatsburg in de regio Grande Est. Vanuit Tilburg ben je een goeie 5,5 uur onderweg om er te komen. Het is thuis aan een Fransoos of 60.000 en heeft niks te maken met de verhalen van Homerus.
Het hoogtepunt van deze stad lag wél al een tijdje geleden. Het was alleen niet de Griekse oudheid, maar eerder de Hoge Middeleeuwen waarin Troyes zijn hoogtijdagen kende. En die emotie probeert de stad ook nog steeds lekker vast te houden. Doet het overigens heel aardig. Maar wie ben ik en wat zijn mijn literaire kwaliteiten als ik een van de grootsten van de Nederlandse letteren jou kan laten overtuigen van de kwaliteiten van dit fraaie stadje!
Maar Middeleeuws was het. Het centrale plein verschafte toegang tot een netwerkje van steegjes met bulkende huizen van balken. De meeste pandjes waren op de bovenste etages breder dan op de begane grond. Ze waren opgetrokken als een gezellig rommelig soort Fachwerkbau, als structuren van balken die waren opgevuld met gepleisterde steen en kleine raampjes. Het zag eruit als een kerstkaart van Anton Pieck zonder sneeuw. Er waren hoekjes en pleintjes met barretjes, terrasjes en restaurants met middeleeuwse spijzen of een Asterix en Obelix-themamenu. Het was gemoedelijk, aangenaam, bezienswaardig en authentiek (Ilya Leonard Pfeiffer – De filosofie van de heuvel).
Ik had het zelf niet beter kunnen beschrijven. Wil je overigens logeren in zo’n authentiek Troyaans (Troyese?) vakwerhuis? Dat kan!
- De draaimolen: typisch middeleeuws én centraal onderdeel van ieder Frans stadscentrum.
- Smalle steegjes en kleine restaurantjes: Troyes op zijn middeleeuws.
In middeleeuwse sferen: dwaal rond door de binnenstad van Troyes
Goed, het is dus een fraai middeleeuws stadje. En wat kun je daarmee? Flaneren natuurlijk! Het is weliswaar geen geweldig groot centrum, maar je kunt er toch wel een paar uurtjes vullen, mits rustig slenterend en het ervan nemend. Het centrum kent vele interessante gebouwen en nog meer plekken waar het goed verpozen is, zoals te zien is op onderstaande stadsmap. Deze heb ik absoluut alleen maar toegevoegd vanwege de educatieve waarde van een dergelijk stadsplan en absoluut niet vanwege de onbedoeld lollige vorm van het centrum. Echt niet.
Lekker eten en drinken
Zoals je verwacht in een Frans stadje kun je je er een aantal maal per dag tegoed doen aan alles wat de Franse keuken te bieden heeft. Let er daarbij wel op dat je op tijd bent; tussen grofweg 2 en 6 werkt de Franse horecamens niet (da’s overigens niets specifiek Troyaans). Het centrale plein en de daarop uitkomende Rue Champeaux en Rue Molé hebben wel een hint van tourist trap om zich heen hangen. Echter, om de verwarring compleet te maken, zit hier ook een aantal heel acceptabele, zo niet goede, restaurants tussen. Gebruik hier dan ook je gezonde verstand en hanteer de aloude vuistregel: bestaat de menukaart uit voorbeeldfoto’s van het eten? Kijk dan even een deurtje verder. Een andere vuistregel is: hoe chagrijniger of opdringeriger het personeel is, hoe beroerder de keuken. Maar goed, het blijven Fransozen, dus een bepaalde vorm van neerbuigendheid en nauwelijks verholen frustratie over jouw bestaan zul je altijd moeten ondergaan. Die vlieger gaat dus niet helemaal op. Vertrouw dan maar een beetje op je reizigersintuïtie of vraag je lokale Fransoos voor wat goeie tips.
- Pittoresk, middeleeuws en kleurrijk: Troyes in één beeld.
- Het centrale plein van Troyes. Let op: Touristtrap-alert!
De kathedraal van Troyes: gotiek zoals gotiek bedoeld was.
Zoals het een stad in Frankrijk en zéker een stad in Frankrijk met middeleeuwse allure betaamt, heeft Troyes een kathedraal. Niet dat dat het enige godshuis is binnen de oude binnenstad. We telden er een stuk of 9, zoals ook te zien op bovenstaande plattegrond. Maar de kathedraal is wel met afstand de meest imposante van het stel. Vooral de hoeveelheid en grootte van het glas-in-lood maakt het tot een van de mooiste gebouwen in Troyes.
- De kathedraal van Troyes van onderen.
- De kathedraal van Troyes. Imposant stukje gotiek.
De omgeving van Troyes: volg de Route Touristique du Champagne
Een andere reden om Troyes te bezoeken, is toch haar ligging. Ook al heeft Noord-Frankrijk niet dezelfde luisterrijke klank als, zeg, Zuid-Frankrijk, toch is er op het noordse platteland zat te vinden. Troyes ligt namelijk midden in de Champagnestreek. Daardoor kun je, met de fiets of met de auto, verschillende wijngebieden bezoeken en een route volgen door slaperige dorpjes en wijnranken die de heuvels op klauteren. Je kunt ook champagneboeren bezoeken, door de velden banjeren en de champagne vers van de ranken proeven. Deze route heet toepasselijk genoeg de Route touristique du Champagne en kent verschillende begin- en eindpunten, al naar gelang jóuw wensen! Het is makkelijk bewegwijzerd, maar kan ook met een ouderwetsche kaart gereden worden. Wij bezochten de Côte de Bar, op een twintig minuutjes autorijden ten zuidoosten van Troyes.
Er is echter wel iets aan de hand in de slaperige dorpjes van de Champagnestreek. Iets wat handig is om te weten, om te voorkomen dat je voor de problemen komt te staan die tot de volgende foto leiden. Daarvoor schakelen we eerst weer even door naar Ilya Pfeiffer, om je er van te overtuigen dat het écht niet aan ons lag…
De lange weg door de velden van Châlons-en-Champagne naar Troyes had in culinair opzicht overigens weinig te bieden. Het begon zelfs een probleem te worden. Dan denk je: we zijn in Frankrijk. Dat hele land is toch één uitgestrekt middagdutje tussen lunch en diner.
(…)
De dorpjes die we passeerden hadden allemaal een paar jaar geleden hun rug naar de weg gekeerd, uit boosheid, verdriet of onverschillig defaitisme. We zagen muren en dichte deuren. De luiken waren gesloten. Hier woonde niemand meer. En wie hier nog woonde, hield zich zuchtend staande. (Ilya Leonard Pfeiffer – de filosofie van de heuvel)

Voorkom deze wanstaltigheid door een vriendelijke waarschuwing ter harte te nemen: de Côte de Bar kent minder bars dan de naam doet vermoeden.
Bezoek champagnehuizen in Epernay of Reims
Als het je tijdens het afleggen van de Route Touristique de Champagne niet gelukt is om een glaasje of flesje bubbels weg te werken, dan bieden de steden Epernay en Reims uitkomst. In Epernay vind je aan de Avenue de Champagne de kelders van een aantal van de grootste champagnemerken. Dit stadje is dan ook in zijn geheel gebouwd op en rond bubbeltjeswijn. Bij al deze huizen of in sommige gevallen kastelen en landhuizen kun je tours boeken, inclusief toegang tot de gewelven waar rijen aan rijen aan flessen champagne staan opgeslagen. Vaak zit hier ook nog een proeverij bij, dus regel even een BOB.
- Aan de Avenue de Champagne drink je natuurlijk…
- Een tochtje omhoog in deze luchtballon kan onderdeel zijn van je bezoek aan een champagnehuis in Epernay.
- Een jaargang aan champagne.
- Rijen aan champagnevaten.
Een dagje badderen, watersporten of wandelen in het Forêt d’Orient
Al met al zijn dit toch wel tips van redelijk hoogcultureel gehalte. Wil je een dagje ontspannen, bezoek dan het Lac d’Orient, op zo’n half uurtje rijden van Troyes. Aan dit stuwmeer kun je een dagje heerlijk met de beentjes horizontaal en kun je je eventuele kinderen ook nog wat vermaak bieden. In het broedermeer, het Lac du Temple, kun je je hengel in het water gooien. Het Lac Amance is dan weer bedoeld voor watersporters. Het Forêt d’Orient biedt zelfs nog ruimte voor een dierentuin! Zo is er voor elk wat wils.
Troyes: echt de moeite waard!
Het is echt een bijzonder mooi en goed gecultiveerd stadje, waar je je in ander tijden waant. Door zijn beperkte reistijd, overzichtelijke dimensies en de mogelijkheden die de unieke omgeving biedt, is het goed te doen voor een weekendje weg. Maar ook op weg naar zuidelijker bestemmingen functioneert het prima als pleisterplaats voor een paar dagen. Maar geloof mij gerust niet op mijn woord, Ilya Pfeiffer had er ook nog dit laatste over te zeggen:
En ik had het helemaal gehad met dit aanstellerig pittoreske stadje. (…) En de huizen maar bulken met hun balken. Antonpieckerige, nep-Duitse, Walt Disney-huisjes. En maar middeleeuws doen. Hou toch op. Ik had die steegjes al 10 keer gewandeld. Het was een claustrofobisch provinciestadje met een centrum dat alleen maar niet was afgebroken omwille van de ansichtkaarten. Maar die waren ook verregend. (Ilya Leonard Pfeiffer – De filosofie van de heuvel).
Nou ja. Da’s dan ook maar een mening.
Plaats een Reactie
Meepraten?Draag gerust bij!